Het bestand bestaat uit 4 pagina’s, met 4 kamers van een huis. Tip: kies bij printen, 2 pagina’s op 1. Wat mij betreft is het huis dan groot genoeg.
De leerlingen schrijven in de bestemde hokjes de woorden die bij de plaatjes horen ( woorden tot en met kern 2). Verder kunnen de kinderen de kamers naar eigen idee nog verder kleuren. Als de kamers klaar zijn, knippen de kinderen ze uit en plak je ze tegen elkaar aan. Met als resultaat een huis!
Veel plezier!
De woorden die gebruikt zijn:
Keuken: mes, vaat, bes, kaas, peer, peen
Woonkamer: raam, boom, boot, paar, vaas, pet
Slaapkamer: kees, maan, pen, roos, raak, meet
Badkamer: kip, beer, vis, aap, veer, boor